Op hun gemakje lopen de kalkoenen naar de transportband. Waar met kippen automatisch laden nog in opkomst is, wordt deze manier van werken in de kalkoenhouderij standaard toegepast. Martijn Caris van pluimveeservicebedrijf Den Ouden Oirschot BV vertelt ons meer hierover.
“Het grote verschil tussen het laden van kalkoenen en kippen zit in het gewicht van de dieren. Een volwassen kalkoenhaan weegt tussen de 22 en 23 kilogram. Bij een vleeskuiken ligt dit tussen de 2,3 en 3,0 kilogram. Daarom mag je kalkoenen niet meer met de hand pakken. Voor het waarborgen van dierenwelzijn en arbotechnisch werken doen we dit sinds tien jaar geautomatiseerd”, laat Caris, vertegenwoordiger bij den Ouden Oirschot, weten.
Een groep van vier tot vijf personen is aanwezig bij het laden van de dieren bij een kalkoenhouderij in Creil. Met geelkleurige plastic zakken worden de dieren naar de oplaadwagen begeleid, die in de deuropening van de stal wacht. “Dit kun je vergelijken met schapen hoeden. De dieren lopen zelf naar de laadwagen in kleine groepjes. Dit werkt veel beter en rustiger voor de dieren. Ze kunnen rustig gaan zitten en worden vanzelf in de wagen gebracht.”
Eén medewerker bestuurt de laadmachine, die in hoogte verstelbaar is en wordt aangesloten op de kratten in de wagen. Een tweede persoon telt de dieren die de laadband op gaan, zodat het aantal dieren onder de grens van 350 kilogram op de machine blijft, wat voor kalkoenen neerkomt op zestien tot zeventien hanen. Daarnaast monitort deze manier van werken het aantal dieren per krat. De andere werknemers lopen in de stal om de dieren te halen. “Bij kippen gaan we vaak met acht personen op locatie, dus deze manier van werken vergroot de arbeidsefficiëntie.”
Automatisering voor kippen
Op sommige pluimveebedrijven kiest Den Ouden Oirschot er al voor om de dieren met een laadmachine te vangen, maar Caris ziet dit nog niet zo snel op alle bedrijven gebeuren. “Dat zit hem met name in capaciteit. Wij vangen 800.000 tot een miljoen kippen per nacht. We hebben 25 ploegen, maar als dit met een laadmachine zou moeten gebeuren, zouden we veertig ploegen nodig hebben, omdat het minder snel gaat dan vangen met de hand. Tel daar dan nog een vrachtwagenchauffeur bij op die de machine meeneemt en de ploeg is compleet. Logistiek is dat voor ons niet haalbaar.”
Toch werkt het bedrijf al wel bij enkele bedrijven met een laadmachine. Drie hiervan worden ingezet in de kalkoenhouderij. In Nederland haalt Den Ouden Oirschot op tien tot twaalf kalkoenbedrijven de dieren op. In de omliggende landen België, Frankrijk en West-Duitsland hebben ze nog veertig kalkoenbedrijven als klant.
Focus op hygiëne bij kalkoenen
Naast het leeghalen van kalkoenhouderijen zijn ruim tweehonderd werknemers bij Den Ouden verantwoordelijk voor het transport van leghennen, vleeskuikens en moederdieren, die naar de slacht gaan. “We kiezen er bewust voor om ons te focussen op de slacht en geen opfokdieren te vervoeren, want we vinden dat het schone en vuile werk gescheiden moet blijven”, meent Caris, die voorheen heeft gewerkt met opfokdieren.
Om hygiëne van hun producten te waarborgen gaan er dagelijks rond de vijfhonderd laarzen door de professionele wasserette van Den Ouden Oirschot. Daarnaast worden laadmachines na iedere klant schoongemaakt, zodat ze niet vuil de weg opgaan. Terug op hun bedrijf wassen medewerkers de machines nog een keer met zestig graden Celsius en desinfecteren ze de machines om de laatste bacteriën te doden.
Tekst: Kim Sjoers
Beeld:ByldBrêge.frl/Menno Dijkstra